Op straat klinkt het steeds vaker: het is wel erg wit op de werkvloer. Of in de Kamer, waar bijna vier op de vijf stoelen worden gevuld door witte Nederlanders.
Terwijl een flinke hap van het land – zo’n kwart – wél een migratieachtergrond heeft. Die scheve balans valt op.
Een cameraploeg van Ongehoord Nederland gooide de vraag de straat op: moet het werkveld kleurrijker? Het antwoord? Niet zwart-wit, maar met een duidelijke ondertoon. “Beetje eenzijdig, toch?” zegt een jonge vrouw. “Je mist gewoon wat afwisseling.”
Toch blijft het knagen: waar leg je de lat? Moet je kiezen voor degene met het beste cv, of ook kijken wie de boel een beetje kleurt? Geen makkelijke kwestie. Want ja, niemand wil een ‘diversiteitspoppetje’ zijn – maar altijd dezelfde gezichten? Ook niet alles.
Feit blijft: diversiteit is geen modewoord meer, het is een realiteit. En steeds meer mensen – jong, oud, straat of Senaat – willen dat terugzien. Niet omdat het moet, maar omdat het wérkt.
Bron: Skoften.net