De adrenaline giert door je lijf, niet omdat jij iets doet, maar omdat je bang bent dat één verkeerde beweging eindigt met drie meter lucht en een glijpartij richting ziekenhuis. Maar hé, dat hoort bij de sport, toch?
Als ze beneden uitstappen, lachen ze breeduit. Jij ook. Niet omdat je het snapt, maar omdat je blij bent dat iedereen nog leeft. En dan komt het besef: dit team is echt goed. Ze zijn snel, scherp en hebben de discipline van een militaire eenheid — alleen dan met betere kleding.
’s Avonds zit je met het team in een berghut. Jij met een biertje, zij met proteïneshakes. De sfeer is ontspannen. Er wordt gelachen, geplaagd, en jij denkt stiekem: als coach zijnde kan ik hier prima mee leven.
Het leven van een coach: tussen spierpijn en verwarring
Na een week begint de rol je te liggen. Je gebruikt sporttermen alsof je ze begrijpt. “Vandaag focussen we op startmoment en afzetdynamiek,” zeg je met een stalen gezicht, terwijl je hoopt dat niemand vraagt wat dat betekent.
De meiden vertrouwen je inmiddels. Jij regelt het schema, zorgt dat de slee glanst, en roept af en toe motiverende onzin als: “Jullie zijn de kogels, dit ijs is jullie kanon!” Dat werkt blijkbaar, want de tijden worden beter.
Toch blijft het een raar bestaan. Je dagen bestaan uit glijden, duwen, kou en eindeloos sleutelen aan een slee. Je ontdekt dat er meer smeermiddelen in de bobsleesport zitten dan in een gemiddelde autogarage. Elk detail telt. De hoek van een schoen, de spanning van een schouder, de temperatuur van het staal.
En dan heb je nog het mentale spel. Jij bent de rust in de storm, de man die kalm blijft als anderen stressen. Terwijl jij eigenlijk ook gewoon denkt: Als die slee maar niet ontploft halverwege.
Maar het mooiste moment komt na elke rit. Twee vrouwen stappen uit, dampend van inspanning, glimlachend van trots. Jij geeft ze een high five, zij geven jou het gevoel dat je deel uitmaakt van iets groots. En eerlijk is eerlijk: dat gevoel is verslavend.
Mannenpraat, motivatie en… strakke sportpakken
Laten we het beestje maar bij de naam noemen: dit is niet zomaar een sport. Dit is pure power, techniek én visueel spektakel. Elke start is een explosie van spierkracht, snelheid en synchroniciteit. En ja, elke man die beweert dat hij alleen kijkt voor de techniek, liegt.
De strakke pakken, de focus, de energie — het is allemaal onderdeel van de magie. Jij probeert professioneel te blijven, maar als coach kun je moeilijk ontkennen dat het oog ook wat wil. En laten we eerlijk zijn: er zijn slechtere plekken om te werken.
Op social media begint je team langzaam volgers te krijgen. De filmpjes van trainingen gaan viraal. Niet alleen omdat ze goed zijn, maar omdat de combinatie van kracht en uitstraling het halve internet hypnotiseert.
Terecht. Want laten we eerlijk zijn: dit is de droom van elke man die ooit te lang naar de Winterspelen heeft gekeken.
Je merkt dat je zelf ook steeds trotser wordt. Niet alleen omdat het team beter presteert, maar omdat je beseft dat je — ondanks je knullige start — echt iets bijdraagt. Jij bent niet meer de man die toevallig meeliep, jij bent nu onderdeel van hun verhaal.
Aan het einde van het seizoen sta je met het team op de ijsbaan. De zon zakt, de slee staat te glanzen, en jij kijkt toe hoe ze hun laatste run maken. Geen stress, geen twijfel, alleen pure snelheid.
Ze vliegen over het ijs, perfect in balans, en jij weet: dit is waarom je coach bent geworden. Niet voor de titel. Niet voor de aandacht. Maar voor het gevoel dat je samen iets onmogelijks hebt geflikt.
Als ze beneden stoppen, rennen ze op je af. Een groepsknuffel die bijna je ribben kraakt, maar je kan alleen maar lachen. Jij, de man zonder ervaring, hebt het gered.
En als de camera’s draaien en de wereld meekijkt, zeg jij iets wat ze niet snel zullen vergeten:
“Geen remmen, geen zorgen — alleen vertrouwen.”
Een bizar avontuur, geboren uit toeval, eindigt met respect. En misschien een kleine verliefdheid op het vak. Of op het team. Of allebei.
Beelden bekijken? Zie hieronder!👇






